dewerkplaats.it

Dammarvernis


We beginnen met een dammarvernis 1:2. Dat wil zeggen één deel dammar korrels op twee delen terpentijn. Knip drie stroken verbandgaas af van elk ongeveer 35 cm lang en leg deze gekruist over elkaar op een brievenweger. Weeg 40 gram dammar korrels af, leg ze in het midden van het gaas. Vouw de stroken tot een zakje. Weeg nu 2 gewichtsdelen terpentijn af (2 x 40 grs.) en giet dat in een schone jampot. Laat het zakje met de dammar korrels hierin zakken en vouw de uiteinden over de rand. Laat de korrels half in de terpentijn hangen. Sluit de pot af en bind de uiteinden van het gaas samen op het deksel. Laat ze niet omlaag hangen langs de pot, de terpentijn kan dan langszaam via het gaas uit de pot lopen. Bij kamertemperatuur lossen de korrels in ongeveer twee etmalen op. Til het gaas voorzichtig uit de pot en laat even uitdruipen. Eventueel vuil blijft achter in het gaas. Het vernis is nu klaar voor gebruik.


Dammar 1:2 wordt gebruik als emulsievernis in ei- en caseïnetempera. Verdun de dammar met één extra gewichtsdeel tot dammar 1:3 en je hebt een slotvernis. Dammar 1:4 wordt gebruikt als tussenvernis, tussen verflagen in om het inschieten van de verf  (doffe plekken) te voorkomen.


Eén dun opgebrachte laag dammar 1:4 is meestal voldoende, als een vernis al nodig is. Dat kan het geval zijn na een imprimatur in caseïnetempera. Hiermee voorkom je dat de imprimatur later oplost als je in olieverf er overheen werkt en besluit om verf weg te halen. Het tussenvernis vermindert ook het zuigen van de grondlaag. Ik gebruik nooit een slotvernis.


Wat heb je nodig?


40 grs. Dammar korrels

80 grs. Terpentijnolie

3 strookjes verbandgaas

1 theelepel

1 lege jampot met deksel

brievenweger

aluminium maatbekertje

schaar

Tijd ± 15 minuten

Dammarvernis